Argentijns kaartspel

Argentijns kaartspel is een traditioneel kaartspel dat populair is in Argentinië en andere Spaanssprekende landen. Het spel wordt gespeeld met een Spaans kaartspel van 40 kaarten, bestaande uit vier kleuren: stokken, bekers, zwaarden en munten. Elke kleur heeft kaarten van 1 tot 7 en drie figuurkaarten: sota (boer), caballo (paard) en rey (koning).

Spelregels

Het Argentijns kaartspel wordt gespeeld door twee teams van twee spelers, waarbij de teamleden tegenover elkaar zitten. Het doel van het spel is om als eerste een bepaald aantal punten te behalen, meestal 30 of 40 punten.

De kaarten hebben verschillende puntenwaardes. De puntenwaarde van de kaarten is als volgt:

• Stokken 1-7: 5 punten
• Bekers 1-7: 1 punt
• Zwaarden 1-7: 1 punt
• Munten 1-7: 1 punt
• Sota (boer): 10 punten
• Caballo (paard): 10 punten
• Rey (koning): 10 punten

Het spel begint met het delen van de kaarten. Elke speler krijgt 10 kaarten en de rest van de kaarten wordt op de stapel gelegd. De bovenste kaart van de stapel wordt omgedraaid en vormt de start van de aflegstapel.

Spelers proberen sets van kaarten te vormen door kaarten van dezelfde waarde te combineren. Een set kan bestaan uit minimaal drie kaarten van dezelfde waarde, bijvoorbeeld drie zevens. Sets kunnen ook worden gevormd door het combineren van kaarten van dezelfde kleur in oplopende volgorde, bijvoorbeeld 1, 2, 3 van stokken.

Naast het vormen van sets, kunnen spelers ook kaarten aanleggen op sets die al op tafel liggen. Dit wordt het uitbreiden van sets genoemd. Het is ook mogelijk om kaarten van de tegenstander te stelen door een set uit te breiden met een kaart van dezelfde waarde.

Het spel gaat door totdat een van de teams het vereiste aantal punten behaalt. Het team dat als eerste dit aantal punten bereikt, wint het spel.