Belsazar: De laatste koning van Babylon

Achtergrond

Belsazar was een belangrijk figuur in het Oude Testament van de Bijbel. Hij was de zoon van koning Nebukadnezar II en regeerde als de laatste koning van Babylon. Zijn heerschappij vond plaats in de 6e eeuw voor Christus.

De betekenis van Belsazar

Belsazar staat bekend om een belangrijk incident dat in het boek Daniël wordt beschreven. Tijdens een groots banket, waarbij hij zijn edelen en vrouwen uitnodigde, gebruikte Belsazar de heilige vaten die uit de verwoeste tempel van Jeruzalem waren meegenomen. Hij dronk uit deze vaten en prees de goden van goud, zilver, brons, ijzer, hout en steen.

De hand van God

Op dat moment verscheen er een hand die mysterieuze woorden op de muur schreef. Niemand kon de betekenis ervan ontcijferen, totdat Daniël, een wijze man in dienst van de koning, werd geroepen. Daniël interpreteerde de woorden als een goddelijke boodschap waarin Belsazar werd veroordeeld voor zijn godslastering en zijn koninkrijk werd overgedragen aan de Meden en Perzen.

Het einde van Belsazar

Diezelfde nacht werd Belsazar gedood en werd zijn koninkrijk inderdaad veroverd door de Meden en Perzen, onder leiding van koning Darius de Mede. Hiermee kwam er een einde aan de heerschappij van Belsazar en het Babylonische rijk.

Symboliek en les

Het verhaal van Belsazar heeft een symbolische betekenis en dient als een waarschuwing tegen hoogmoed en godslastering. Het laat zien dat geen enkele koning of heerser onaantastbaar is en dat uiteindelijk gerechtigheid zal zegevieren.

De figuur Belsazar herinnert ons aan de vergankelijkheid van macht en de noodzaak om nederig te blijven. Het is een herinnering aan de kracht van geloof en de gevolgen van het verwerpen van goddelijke waarden.

Geen synoniemen gevonden
Leer meer over SynoniemenWoordenboek.nl,
inclusief belangrijke disclaimers.