Allooi van munten: het goudgehalte uitgelegd

Wat is het goudgehalte van munten?

Het goudgehalte van munten verwijst naar de hoeveelheid zuiver goud die in een munt is verwerkt. Het geeft aan welk percentage van het totale gewicht van de munt uit puur goud bestaat. Dit gehalte wordt vaak uitgedrukt in karaat (kt) of in duizendsten (‰).

Hoe wordt het goudgehalte bepaald?

Het goudgehalte van munten wordt bepaald door de hoeveelheid goud die wordt gebruikt bij het slaan van de munt. Dit kan variëren, afhankelijk van de specifieke munt en het doel ervan. Bijvoorbeeld, beleggingsmunten zoals de Krugerrand of de Maple Leaf hebben vaak een hoger goudgehalte dan reguliere circulatiemunten.

Wat zijn de verschillende goudgehaltes?

Er zijn verschillende goudgehaltes die worden gebruikt bij het slaan van munten. Enkele veelvoorkomende gehaltes zijn:

• 22 karaat (916,7 ‰): Dit betekent dat de munt voor 91,67% uit puur goud bestaat.
• 18 karaat (750 ‰): Dit betekent dat de munt voor 75% uit puur goud bestaat.
• 14 karaat (585 ‰): Dit betekent dat de munt voor 58,5% uit puur goud bestaat.

Waarom is het goudgehalte belangrijk?

Het goudgehalte van munten is belangrijk omdat het de waarde van de munt beïnvloedt. Munten met een hoger goudgehalte hebben over het algemeen een hogere intrinsieke waarde. Daarnaast kan het goudgehalte ook invloed hebben op de duurzaamheid en de kwaliteit van de munt.

Conclusie

Het goudgehalte van munten verwijst naar de hoeveelheid zuiver goud die in een munt is verwerkt. Het wordt uitgedrukt in karaat of in duizendsten. Het goudgehalte is belangrijk omdat het de waarde en kwaliteit van de munt beïnvloedt.