De Beweging van de Keel: Wat is het?

De keelbeweging is een natuurlijk proces dat plaatsvindt tijdens het slikken. Het is een complexe reeks spierbewegingen die ervoor zorgt dat voedsel veilig van de mond naar de slokdarm wordt getransporteerd. Hoewel het een automatische handeling lijkt, zijn er verschillende spieren betrokken bij het coördineren van deze beweging.

Hoe werkt het?

De keelbeweging begint met het kauwen van voedsel in de mond. Zodra het voedsel klaar is om te worden doorgeslikt, wordt het door de tong naar de achterkant van de keel geduwd. Dit activeert de slikreflex, waarbij de spieren in de keel samentrekken om het voedsel door te laten.

De eerste fase van de keelbeweging is de orofaryngeale fase. Hierbij sluit de huig de neusholte af, terwijl de stembanden zich sluiten om te voorkomen dat voedsel in de luchtpijp terechtkomt. De spieren in de keel duwen het voedsel vervolgens naar de slokdarm.

De tweede fase van de keelbeweging is de oesofageale fase. Hierbij ontspant de onderste slokdarmsfincter, waardoor het voedsel de slokdarm in kan glijden. Vervolgens trekken de spieren in de slokdarm samen, waardoor het voedsel naar de maag wordt geduwd.

Waarom is het belangrijk?

De keelbeweging is essentieel voor een goede spijsvertering en voedselopname. Het zorgt ervoor dat voedsel veilig door het spijsverteringsstelsel wordt getransporteerd, zonder dat het in de luchtwegen terechtkomt. Daarnaast helpt het bij het verminderen van verslikking en het voorkomen van aspiratiepneumonie, een infectie van de longen veroorzaakt door het inademen van voedsel of vloeistoffen.

Daarnaast kan een verminderde keelbeweging problemen veroorzaken bij het slikken, zoals dysfagie. Dit kan leiden tot gewichtsverlies, uitdroging en ondervoeding. Het is daarom belangrijk om bij problemen met de keelbeweging medische hulp in te schakelen.

Kortom, de keelbeweging is een complexe reeks spierbewegingen die ervoor zorgt dat voedsel veilig van de mond naar de slokdarm wordt getransporteerd. Het is essentieel voor een goede spijsvertering en voedselopname, en helpt bij het voorkomen van verslikking en aspiratiepneumonie.