Een overzicht van morfologische facies
Eolisch
Eolische facies verwijst naar de kenmerken die worden gevormd door de werking van de wind. Dit kan resulteren in de vorming van duinen, zandige vlaktes en erosie van gesteente door schurende deeltjes die door de wind worden gedragen.
Fluviatiel
Fluviatiele facies zijn het gevolg van de werking van rivieren. Dit kan leiden tot de vorming van rivierbeddingen, alluviale vlaktes en sedimentafzettingen langs de oevers van de rivier.
Glaciaal
Glaciale facies ontstaan door de beweging en het smelten van ijs. Dit kan leiden tot de vorming van gletsjerdalen, moraines en glaciale afzettingen zoals zwerfstenen en grind.
Karst
Karstfacies worden gevormd door de oplossing van kalksteen door water. Dit kan leiden tot de vorming van grotten, ondergrondse rivieren en karstlandschappen met kenmerkende formaties zoals stalactieten en stalagmieten.
Lacustrien
Lacustriene facies worden gevormd in meren en zijn vaak gekenmerkt door afzettingen van klei, slib en organisch materiaal. Dit kan leiden tot de vorming van sedimentlagen en de ontwikkeling van specifieke planten- en dierenhabitats.
Liminisch
Liminische facies verwijzen naar de kenmerken die worden gevormd in kustgebieden, zoals stranden, duinen en kwelders. Deze gebieden worden beïnvloed door zowel mariene als continentale processen.
Marien
Mariene facies worden gevormd in de zee en omvatten verschillende soorten afzettingen, zoals koraalriffen, zandbanken, kustkliffen en zeegrasvelden. Deze facies worden beïnvloed door golven, getijden en mariene organismen.
Vulkanisch
Vulkanische facies worden gevormd door vulkanische activiteit, zoals lavastromen, asafzettingen en vulkanische kegels. Deze facies kunnen variëren afhankelijk van het type vulkaan en de samenstelling van het uitgestoten materiaal.