Ontdek de wereld van schaaktermen
Albino
Een schaakterm die verwijst naar een zeldzaam fenomeen waarbij een witte pion op een wit veld staat.
Dame
De krachtigste stuk in het schaakspel, die zowel horizontaal, verticaal als diagonaal kan bewegen.
Dolle toren
Een situatie waarin twee torens elkaar afwisselen bij het aanvallen van een enkelvoudig stuk.
Dubbelschaak
Een situatie waarin de koning tegelijkertijd wordt aangevallen door twee stukken.
Gambiet
Een openingsstrategie waarbij een speler een pion opoffert om een positioneel voordeel te verkrijgen.
Geopend
Een term die verwijst naar een spel waarbij het centrum van het bord vrij is van pionnen.
Herdersmat
Een snelle en onverwachte matzet die kan optreden als een onervaren speler een specifieke reeks zetten speelt.
Koning
Het belangrijkste stuk in het schaakspel, dat beperkt is in beweging maar cruciaal is voor de verdediging.
Koningin
Het machtigste stuk in het schaakspel, dat zowel horizontaal, verticaal als diagonaal kan bewegen.
Loper
Een stuk dat diagonaal over het bord beweegt en beperkt is tot een kleur.
Mat
Een situatie waarin de koning schaak staat en geen legale zet kan doen om aan schaak te ontsnappen.
Offer
Een strategische zet waarbij een speler bewust een stuk opoffert om een gunstige positie te verkrijgen.
Paardensprong
Een unieke beweging van het paard, waarbij het twee velden in een richting beweegt en vervolgens één veld naar links of rechts.
Pat
Een situatie waarin de speler geen legale zet kan doen, maar de koning niet schaak staat. Dit resulteert in een remise.
Pion
De meest talrijke stukken in het schaakspel, die voorwaarts bewegen en andere stukken slaan diagonaal.
Pionoffer
Een strategische zet waarbij een speler bewust een pion opoffert om een gunstige positie te verkrijgen.
Raadsheer
Een andere term voor de loper, die diagonaal over het bord beweegt en beperkt is tot een kleur.
Remise
Een gelijkspel in het schaakspel, waarbij geen van de spelers de mogelijkheid heeft om schaakmat te zetten.
Rokade
Een zet waarbij de koning en de toren tegelijkertijd worden verplaatst om de koning in een veiligere positie te brengen.
Schaak
Een situatie waarin de koning wordt aangevallen door een stuk en moet worden beschermd of uit de aanval moet worden gehaald.
Schaakmat
Een situatie waarin de koning schaak staat en geen legale zet kan doen om aan schaak te ontsnappen, waardoor het spel eindigt.
Slaan
Een zet waarbij een stuk een tegenstander van het bord verwijdert door het bezette veld in te nemen.
Toren
Een stuk dat horizontaal en verticaal over het bord beweegt en andere stukken kan slaan.
Torenoffer
Een strategische zet waarbij een speler bewust een toren opoffert om een gunstige positie te verkrijgen.
Zet
Een enkele zet die wordt gedaan door een speler, waarbij een stuk naar een ander veld wordt verplaatst.
Zuil
Een verticale kolom van velden op het schaakbord.