Schnitzel: Een Dun Stuk Vlees van Traditionele Oorsprong

Wat is een schnitzel?

Een schnitzel is een dun stuk vlees dat meestal wordt bereid van varkensvlees, maar ook van kalfs- of kippenvlees kan worden gemaakt. Het vlees wordt geklopt tot een dunne lap en vervolgens gepaneerd en gebakken of gefrituurd.

De oorsprong van de schnitzel

De schnitzel vindt zijn oorsprong in de Oostenrijkse keuken en is daar een geliefd gerecht. Het woord "schnitzel" is afgeleid van het Duitse woord "Schnitz", wat "plakje" betekent. Het gerecht heeft echter ook invloeden uit de Italiaanse keuken, waar vergelijkbare gerechten zoals de "cotoletta alla milanese" worden bereid.

Hoe wordt een schnitzel bereid?

Om een schnitzel te bereiden, wordt een dun stuk vlees, meestal van de varkensfilet, geklopt tot een gelijkmatige dikte. Vervolgens wordt het vlees gepaneerd door het eerst door bloem, dan door losgeklopt ei en tot slot door paneermeel te halen. Hierdoor ontstaat een krokante korst tijdens het bakken of frituren.

Populaire varianten van de schnitzel

Hoewel de traditionele schnitzel meestal van varkensvlees wordt gemaakt, zijn er ook varianten met kalfs- of kippenvlees. Daarnaast zijn er verschillende regionale variaties, zoals de "Wienerschnitzel" uit Wenen, die strikt van kalfsvlees moet worden gemaakt volgens de traditionele bereidingswijze.

Schnitzel in de Nederlandse keuken

In Nederland is de schnitzel een populair gerecht dat vaak wordt geserveerd met aardappelen, groenten en een saus naar keuze. Het is een klassieker in veel Nederlandse restaurants en eetcafés.

Conclusie

De schnitzel is een dun stuk vlees dat zijn oorsprong vindt in de Oostenrijkse keuken. Het wordt geklopt, gepaneerd en vervolgens gebakken of gefrituurd. Hoewel de traditionele schnitzel meestal van varkensvlees wordt gemaakt, zijn er ook varianten met kalfs- of kippenvlees. In Nederland is de schnitzel een geliefd gerecht dat vaak wordt geserveerd met aardappelen, groenten en saus.